Dat de dagen langer worden, hadden we al door, maar dat ze ook warmer worden konden we in februari ook al enige dagen merken. Sommige planten zijn in deze periode van nature gewoon uit de knoppen te barsten, zoals de tartaarse struikkamperfoelie, de kers prinsepia of de indiaanpruim. Op dit eigenste ogenblik verpreidt het geurend hoefblad zijn delicaat parfum,
maar ook de winterkamperfoelie en de vleesbessoorten wedijveren om een gunstige winterneusprikkel. Wonderbaar is de parfum van winterzoet, uitzonderlijk bedwelmend is het geurend bonte wintergroene peperboompje, Daphne odora, maar de verwante chinese papierstruik moet qua geur niet onderdoen ook al ‘bloeit ie in zijn nakie’. Hier en daar trekken ook nog takken de aandacht, zoals die van de japanse esdoorn ‘Sangokaku’ of de geeltakkige japanse pagodeboom, wijl de sneeuwklokjes en cyclaam de bodem opfleuren.